Thursday, December 16, 2021

"Skeksis symptomen voor de gevorderde koffiedik-kijker."


"Dat de meeste mensen deugen, betekend nog niet, dat oordeel aan de hand van steen, van de kaart af is geveegd, omdat sommigen ook niet. De uitvinder van junkmail kan zich verschuilen achter de wet op vrijheid van meningsuiting, maar onze schrijvers mogen daar lang niet altijd, beroep op doen al zijn zij wél de beoogde beroepsgroep. 


Vanaf de boomhut werd er gegooid. Het is gemakkelijk van bovenaf naar beneden te richten, mocht je jezelf ooit, op het krakende hout bevinden naast een stapeltje je-moet-s tussen de druk peren en appels die vallen zoals voorvaderen. 


Ik weet dat het lang geleden is, we lagen daar aan het meertje van welvaart te baden in het zonlicht, alsof niets. Alsof niemand. Even snel veranderde de wereld in 220x140 met elke week een ander kleurtje voor het gevoel.


We begroeven onszelf in stapeltjes oud papier die aan de straat gezet mogen, langzaam verregend, opgeslokt door de snipperaar. Tot je maanden later zeker weten wil, dat die hartslag van ooit, van gezet en veroordeeld door, nog altijd in, en paraat staat. 


Net open armen ontvangen wij ons lot aan de deur, alsof het een oude bekende, een vroegere vriend, dat de zeis slaan zal, is een zekerheid bij het geschenk dat wij tot leven vergissen.


We drinken de jaren in glazen en vazen, elke twaalf doet je spraakwater reizen alsof je even, een jongetje weest. Alsof er geen glasscherven hier. 


Toen ik eenentwintig werd, schreef je me een wens met kop en staart. Dat monster groeide uit tot eentje die het hart verorberde, en nu, slaapt hij elke nacht in mijn bed. 


Goederikken, doen het niet. Helden, sterven eenzaam. Maar wij stervelingen, wij maken fouten bij de vleet. Gelukkig maar ook, want zij maken meestal, net het verschil tussen, leven én dood. Dat zij nu net de essentie wezen. 


Laat het maar stenen regenen. Dat de woorden als zijn ze nog zo koud, toch altijd wel smelten, immers waren de ijskappen ook niet bestand tegen, tijd en menselijkheid."

Maximizer

 "Natuurlijk ben ik een jaloerse bitch, dat zit er nu eenmaal evolutionair ingeprogrammameerst. 


Uiteraard, zijn wij allemaal niet zoals we zouden willen, niet zoals de Tinder commercials of de NUDE make-up modellen vanzelf met Photoshop zo lieflijk en au naturel. 


En ik zou je echt wel Wien beloven dat ik veranderen zal voor je, dat ik mijn beste beentje voorzet en iedere irritatie uit mijn eigenheid voor je schrap, behalve dan, dat ik rooms katholiek opgevoed ben en nog veel heiliger geloof dat je niet liegen mag, dus zeg ik niets.


Het lijkt me behoorlijk gewoontjes, dat wij altijd allemaal meer, als de verre voorvaderen altijd tevree en genoegen namen met, dan zouden wij ook maar een tilapilafilet gebleven zijn. 


Je kunt niet behelpen wat je nu eenmaal bent. Er zijn geen routekaarten met codes om door het eigenste te navigeren. Geen lockdowns voor het herstel systeem en de signalerings synapsen van zenuwachtigezenuwstelsels. Er is geen sterrenkijker die de stof in ons als perfect observeerde en in kaart bracht als onmisbaar. 


Sommige mensen slaan elke dag één eendagsvlieg kapot, en beseffen nog steeds niet, hoe monsterlijk zij. Dat ook wij geboren zijn uit primaire behoeftes. Dat ook wij in de piramide enkel omdat we het roof instinct. 


Dat de meest beestachtige bovenaan staan. Vooraan in de lijn na het dringen. Én de meeste boontjes hebben zonder ooit te hebben gedopt. 


Natuurlijk, zijn wij allemaal op onze eigen manier, gruwelijk giftig, onbehoorlijk onaangepast en bijna sociopatisch gesocialiseerd. Dat is immers, ook alleen maar, onze natuur, zoals wij haar georven bij geboorte.


Het is zo slecht nog niet, of het was ooit, een ongekende overlevingskans-kaart in de Monopoly."

Odd bagage / custuumservieses

 "Slechts anderhalf procent. 


Dat is nauwelijks. Dat is zo goed als nooit. Dat is een het overkomt sommige wellicht mogelijk sporadisch. Het is geen het gebeurd jou, jouw. Tot het je overkomt. 


Van alle honderd, vertrekt er één, en die ander, blijft in tweestrijd. Of doet een Salamon over het hart. 


Maar het is precies evenveel kans. Evenveel gevecht en mentaliteit als toen ik maatje 41 was.


Natuurlijk kun je er niet op vertrouwen, zegt iedereen, dat het nooit zal of kan.


Maar het overkwam ons, cijfersbrekers, statistiekkeerders al eerder. 


Wij leven niet bij regels, wij breken ze op tot een nieuwe norm, wij zijn de gezichten die ze vergeten wanneer zij het wetenschappelijk publiceren. Wij zijn de échte bron.


Percentielscore voorspeld het verloop niet, en ook Cito is niet heilig. Het gewicht zit hem uiteindelijk toch altijd, in. 


We worden opgevoed met het geloof dat wij onaf, mini varianten, niet compleet, lege bladen zijn, maar wie zijn zij?


De afwijkende noemen we geluksvogels, of we denken het op hout af te moeten kloppen, we houden ons hart voor hen vast want wij, weten beter. 


Je hoeft geen veteraan te zijn om de zwepen van de slag te kennen, maar geloof me het loont, om ambachtshanden te hebben in tijden van schipbreuk.


Wil je bij de 98,5 horen, dan zullen de knoesten en eelt moeten, week om weer te harden en nog weker, alweer. 


Dat de cijfers er niet om liegen, wanneer de kaarten, ongespeeld als huis."

"глубина, темнота, любовь."


"Soms neemt één man een weg, en soms neemt één weg een man. 


Я так боялся потерять тебя на драфте, что запер тебя

в моей жажде доверия

в моих поисках подтверждения,

У меня есть ты

лишенный всякой свободы,

ты,

больше не существовало,

без меня,

владелец.


Natuurlijk, noem ik je meester. Koester ik je, het meest. 

Haat ik je, sporadisch. 


Wie kan me vertellen over de diepte, de duisternis?

Het desolaat van een liefde die verlaten, een brak staande grond die, stand probeert te houden. 


если бы я мог выбрать

тогда я бы по-другому его придумал,

тело и жизнь, как глина, все еще гибкие,

переданный с полной верой,

что мои пальцы могут связать мою судьбу и мои руки выдержат ее вес.


Dat één blik van de ander,

'n kneepje in je hand,

Alles wat lijkt alsof,

Toch ook, met andere ogen,

In een onstuimig licht of glimlachend donker,

Dat ook tijdens het trillen afscheid genomen zou kunnen,

Als nodig. 


Я все еще покидаю тебя каждый день

как ты оставил меня одиноким во всех секретах,

недоэкспонированная грусть и сердце, полное потерь,

мой живот страдал от печали,

яйцо вылупилось,


даже если это нежелательно или тихо,


не плачь, дитя мое,


Я ношу тебя

я возьму тебя

вот и желаю тебе,

Везу тебя за границу.


Nog altijd, spreekt hij de taal vermoedelijk, maar nauwelijks vloeiend. 


Dat bloed zal, waar het niet gaan kan, maar hij nog nooit een wond geleden of aderlating genoten. 


Was het plat te slaan dan, had ik haar al lang geleden voor je uitgetekend, je nog duidelijker geschreven, maar. 


не накрывайте груз,

какими бы сложными они ни были,

слова могут,


Хотя она ломает кончик моего пера,

это также заставляет душу двигаться в двух направлениях,


что сломано?

это твой бан?

Какой милый,

только мужчина, который любит прятаться, может это сделать,

сделать его горьким на вкус.


Alleen een pyromaan, geniet van het branden van zijn vingers aan het zelf gestookte vuurtje. 


Zeg me, voelt het goed, je aan mijn opbranden te verwarmen?"

"Bitemealittlebetaifscreamneedbe - 🤺."


"Je sluipt erlangs af alsof enige ervaring,

Wil niet bekennen, dat het,

De knikken knieën doet,

Maar toch.


De zenuwslopende ogen die elk detail in zich op nemen alsof,

Plons, spons, soms,

Weet je, zeker. 


Meester zeept de haren in met Zwitsal,

Het plise buigt enthousiast mee, in al haar speelsheid,

Vouw me zo, dat jij het uitzicht.


Ladders lopen in panty's omhoog om je te vertellen waar,

Slangen hun weg naartoe,

Als zij genoeg ogen rollen. 


Soms doet niets al zo veel méér dan genoeg, laat zij de nekhaartjes zingen op de toonhoogte van fluistering direct in het oor verdwijnende met tong en al. 


Er worden lijnen getrokken langs het azuurblauwe en het rooddoordrenkte om de noodzaak te onderstrepen. 


Het monster dan wij veroordelen, berechten en opsluiten in trouwringen, wil enkel en alleen los van het lijntje wandelen, écht uitgelaten kunnen worden.


Wie niet zijn territorium of daarbuiten mag, zal altijd naar groenere velden verlangen, naar heuvelachtigere landschappen die doen denken aan vruchtbaar geschapen heupen.


Je rolt van lip tot teen en terug in één haal, datum onbekend, schaduw betrapt op glimlach. 


Het nieuw Amsterdams peil reist de pan uit, toe maar, overstroom ons, met de gedachte..."