Wednesday, May 24, 2017
X.
"Is het liefde?"
"Als je het wil,"
"Is het nodig?"
"Misschien,"
"Waar is het?"
"Dat is voor iedereen anders,"
"Zullen we elkaar daar zien?"
"Ik hoop het,"
"Wacht je op me?"
"Als het kan,"
"Duurt het lang?"
"Soms,"
"Voor altijd?"
"Soms,"
"Wat als het allebei niet is?"
"Dan is het wel iets anders"
"Wat is het dan?"
"Leven,"
"Hoe weet je welke het is?"
"Dat leert de tijd,"
"Heb je er geduld voor nodig?"
"Ik verwacht van wel,"
"Is het moeilijk?"
"Het is het waard,"
"Hoe weet je het zeker?"
"Niemand weet het,"
"Maar waarom dan?"
"Omdat je het alleen voelt,"
"Hoe voelt het dan?"
"Als een vreemde,"
"Herken je het dan wel?"
"Dat is niet altijd nodig,"
"Wat is er wel voor nodig?"
"Tijd,"
"Tijd? Waarom?"
"Omdat het meer dan het moment is,"
"Welk moment?"
"De noodzaak,"
"Wat betekend dat?"
"Voor iedereen iets anders,"
"En voor jou?"
"Dat het cruciaal is,
Gekend te zijn."
Friday, May 12, 2017
"Psychonaut"
"Ik zoek je achter iedere hoek die ik omsla, of vang op mijn rechterwang,
In de tranen die precies op diezelfde plek rollen,
In shirts met felle kleuren of liever al het zwart in de kast,
In sneakers, laarsjes, hakken en slippers,
Maar niets zit als gegoten,
Ik wilde je vinden in het stapelen van diploma's,
Kennis die nog niet rijkt aan de stapels vol papier die ik over je beschrijf,
Dat je dan misschien in de passie zit,
Verliefd worden op het idee van verliefd zijn,
Eindeloos dichten over hoe dicht bij wij allemaal zijn, terwijl ik er toch altijd achteraan loop,
Wanneer ik naar jou kijk,
Heb jij haar allang gevonden,
Zocht het in je nadoen, het vertrappelde gras te volgen daar waar iedere vrouw al liep,
Maar vond er enkel het groene in mezelf,
Zocht het in de spiegel, op de muren en in woorden die al geschreven hadden moeten zijn,
In seks, in dronken nachten, in wiet en in vallen en opstaan,
Zocht je overal en nergens,
Dat je ergens bent dat weet ik,
Want ik zie dat jij haar gevonden hebt,
Hoop haar te vinden in reizen, vertrekken, vluchten voor, verstoppen in en verdrinken,
Maar rust,
Vind ik nergens waar zij daarvoor nog niet gevonden is,
Mocht ik je vinden straks,
Dan twijfel ik, of wij elkaar omhelzen als vrienden,
Misschien kijk ik liever de andere kant op als je recht voor me staat,
Ik wil twijfelen, mezelf moeten beheersen, de stappen zetten die een eerste afdruk achter laten,
Praten in woorden die je niet kent, vreemdelingen tot vrienden rekenen, niet één thuis maar één wereld hebben,
Niet met een gerust hart gaan slapen,
Maar voldaan aankomen in dromen voor open ogen."
"Mitsuko"
"Ik wilde je bedanken, maar viel over mijn lamp,
Mijn hele leven al struikelt de bedrading van licht mijn vermogen stappen te kunnen zetten,
Zou graag willen zeggen dat ik haar zelfstandig aan en uit kan zetten,
Maar zelfs als de stekkers steviger vastgezet zijn dan mijn aandacht,
Dan nog mis ik de momenten dat zij duidelijk aan of uit moet zijn,
Ik ben eeuwig veroordeeld tot knipperlicht relatie met geluk,
Zalig is zij zeker, net als de duisternis die ze achterlaat,
Wanneer zij zonder waarschuwen uitdooft,
Daar waar ik dacht ons verhaalt te schrijven, opdat jij mijn iedere nood mag lezen, bleek jij allang het leeslampje van de zolder in de kelder gezet te hebben,
Dat jij niet eens de tijd nam om mijn schuw op waarde te schatten, mijn onvermogen het moment te knippen als verknipt ziet, het vergrijpt zich aan me nog meer,
Dan het botsen tegen muren en gesloten deuren, bij het gemist aan verlichting voor mijn voeten,
Ik wilde je bedanken, "voor watt?" "Alle lichturen die je in jaren omzette,"
Ondanks een tweede hands, de kitsch en het cliché, scheen jij, toch altijd een perfect functionerend design te zijn,
De zwarte bedrading op kortsluiting te kunnen laten stuiten, En met schemerlicht haar aanzwengeligskabels enkele seconde grijs te doen vermoeden,
Weinig kon ik zo genieten van een lamp, waarvan ik weet, ooit, moet hij worden gekapt."
Tuesday, May 9, 2017
X.
"Of je onopvallend binnen wil komen,
Het liefst kwam je altijd achterom,
Had ik niet in de gate dat je er al vijf minuten was,
Zodat blijven even gemakkelijk kan klinken,
Of je niet tegelijk met me door de deur wil lopen,
Als we andere paden in slaan,
We praten veel maar luisteren weinig,
Over rommeltjes, schoenen aandoen en gesprekken die we ooit voerde met andere,
Soms over dekbedovertrekken en bestek,
Dat het ons alledaags mag maken,
Onze wervels kan sturen tot steunen,
Bouwen aan een gezamenlijke rug die ons overeind kan houden,
Ik vraag je wanneer ik mijn hoofd op je hand mag laten rusten,
"Weet je nog, toen wij het wisten?"
Het moment van gaan waarop heen niet de vraag was,
Weer, geen verschil maakte in de wereld,
Jij mijn schoen aangaf en ik je shirt zocht,
Één sigaret genoeg was,
Wil je mij zo lang vasthouden,
Alsjeblieft, in mijn handen knijpen,
Tot de tinteling van jou lichaam drukkend op de mijne,
Me af laat vragen of dit samensmelting of pijn is,
Mag ik mijn gezicht zo lang op je palm laten rusten tot ik vergeet hoe zij eruit ziet, als ze met jou is?
Beloof je me je kin op mijn hoofd te leggen en je armen nog een laatste keer te sluiten,
Dat ik mijn ogen dicht mag hebben op het moment,
Je vingers me er nog een keer op drukken, dat,
Zelfs na jij voor de tweede keer de deur pas echt dichtkrijgt,
Je me nog zo warm achter laat,
Dat ik mezelf kan betichten van koorts,
Opdat ik mag vergeten hoe je huid op de mijne altijd kippenvel achterlaat,
Ik ga het koud krijgen, mijn balans verliezen als lopen over vrieskou in december,
Vastberaden stappen maken maar altijd angstig om weg te glijden,
De sneeuw, zij zal er langer liggen,
De lampjes in de kerstboom, zullen uren aan licht meer produceren,
En de lente bries zal mijn enkels vaker kussen en kriebelen,
Zelfs nog meer door je haar strelen,
Dan wij ooit hebben kunnen doen,
Je knikt, "Het is, wat het is."
Ik durf je nooit te vragen,
Ga je dan straks zeggen, "Het was, wat het was."
381792
Wij doen graag aan kansberekening,
Betrekken daar het liefste alle psychologische concepten bij die wij kunnen vatten onder de noemer abstract,
Zie hoe wij ze samen optellen tot wij onszelf reduceren tot enkel zelfhaat,
Of ons keren richting eeling zijn in twee getalen,
De verhalen gaan maar door,
Analyses zijn er veel meer,
Elk stuk van ons, per stuk, gewogen op licht of zwaarte,
Kracht is de verbindende factor,
Naar nooit het kerngetal, aan woorden kom ik te kort,
Om mijn berekenende conclusie aan je te presenteren,
Al zou er geconcludeerd kunnen worden dat,
Dan nog is zij enkel een stelling,
In de wereld van tegen, gestelde norm en waarde,
Mocht het werkelijk zo zijn,
Dat rijkdom zich verschuilt in zeven archiefkast lades,
Dan nog was de nu rond,
De gebaande weg ook als zij weg valt,
Een lobotomie haar bruggen knipt,
Dan zouden wij verknipt nog altijd gedeeld,
Als psychische aandrang naar fysiologie, aangetrokken tot het bewerken van een verbinden,
Die onslosmakelijk sneller schiet,
Tot de som uitkomt op de zwaarte van kracht,
Lichamen in banen die onvermijdelijk, geleidelijk aan naar plots verval tot aan ver trekken trokken,
Nog voor wij ooit bewust, onze gedachten op haar hebben gerust,
Het doet er niet toe, hoe,
Het maakt niet uit, wat of waarom,
Dat het gaat zoals het ging, zij is de werkbare stof,
Die ook wanneer wij uitgenaait zijn,
Nog altijd door zal zaaien,
Ook al zitten wij op de rand van extinctie,
Zie de onzichtbare onsterfelijkheid,
Er is nooit genoeg tijd, het is, tijd."
Tuesday, May 2, 2017
X.
"Vandaag mist er een deur,
En morgen zal ik thuis zijn,
Vandaag ligt zij op haar kant,
Scharnieren verroest,
Door weer en wind stond zij altijd open,
Voor jou, toch,
Zelfs na weken, maanden, op een dag jaren,
Zal ik haar blijven herhalen,
En morgen zal ik thuis zijn,
Ook als jouw deur op de knip zit,
De zijne gesloten is,
Jullie ramen niet meer weten wat buitenlucht is,
Mijn deur ligt op haar kant,
Er is altijd een opening,
Beschadigt, gebroken waarschijnlijk van ver gekropen,
Maar morgen zal ik thuis zijn,
Opstaan en beseffen,
Was er maar een dag vandaag die morgen was,
Een naam die vaststaat zonder voorop te lopen,
Haast durft te maken terwijl het tijd neemt om stil te staan,
Vandaag, nogal tijd, ik mis je,
En morgen zal ik thuis zijn."
Zenders.
"Of ik me er niet aan stoor,
Nog niet misschien,
Of er niet iets mis aan is,
Zo veel, maar niets aan jou,
Hoe het wel niet zou gaan?
Klinkt als nogal een grote tegenstelling, dubbel,
Is enkel 'zin' al te veel gezegd,
Als ik zeggenschap zou hebben,
Vormde ik één mening,
Nodigde ik je uit om in mijn beloftes te geloven,
Zoals ik eindeloos vertrouw,
Op de kracht van, het mijn, woorden,
Ook al stellen zij soms teleur,
Voelen dagen alsof zij me verlaat, nog eerder dan zij vertrekt,
Ze me al vergeten is, terwijl ik haar voor schrijven nog mis,
Maar nooit, blijft zij langer dan gedag zeggen, weg,
Of we dood gevonden zullen worden,
Ik ga ervan uit van wel,
Denk je niet dan,
Dat je met wie dan ook dood gevonden zou kunnen worden?
Want als het morgen gebeurd, volgende week of over acht jaar, misschien pas tot je de eeuw aanraakt,
Waar jij ook bent, of met wie,
Ik zal sterven met je,
Maar je niet aantreffen in de verse dood gekleed,
Al trek ik me haar wel aan, als verstikkend corset,
Achterin, zou ik staan, leunend met schouder en heup,
Als het eerste en laatste moment,
Mocht ik eerder opgehaald worden,
Geef me dan weg aan de zee,
Ik wil verdrinken in haar vrijheid,
Rust vinden in haar gronden en ongekend als aan leven te kort, iedere storm met haar trotseren,
Dat je me nog vaak mag ontmoeten aan het strand, met mijn golven in gesprek staat, en de branding mag voelen,
Of we dood gevonden zouden worden,
Ik ga ervan uit van wel,
Maar ik verwacht, dat ze ons nog vaker dan stervende,
Levend aan zullen treffen,
Hoe het wel niet zou gaan?
Nou, ik zou op die plek vooral hopen dat ze blijft, en als ze gaat, dat het dan vanzelf mag zijn, precies zoals wij startte,
Of er niet wat mis mee is,
Zo veel, maar meer dan verkeerd kunnen we zelf in verte kiezen te keren, meer dan fouten maken, zijn wij opgevoed goed te herstellen, en meer dan in mis, geloof ik in je eigen preek vormen, maar ook daar valt over de praten.
Of ik me er niet aan stoor,
Al waren we enkel een meet-a-voor haar klank stoort me niet."
Flindering
"We go on tinder dates, like it has the same amount of significance as starting a new Netflix show,
Just one episode to determine wheter you phone is more interesting then the conversation that arises in the background,
You once said to me, old souls don't excist, that I am just too much in too little time,
Yet I disagree, look at the number of messages you recieve and send all day, I rather still be the kid in front of the computer with my ears sharped, for the one email a week I got,
As bleep finally rang, Anticipation might be just the most beautiful part of all,
Then you argued, that I'm too afraid to get rejected,
I must say I have issues, but never more then the amount of vogue's I'd trade for Orwell, Golding or Carroll,
I have grown over loads of rejection, I've seen more "to go" then I have ever gotten a receipt for the cost of staying, yet it doesn't mean, I wouldn't want to explore wheter or not there is a restaurant I prefer over all else, even if on some days, they might be closed for serving, cause I've been taught how to serve well, I can suit myself,
You say maybe I am not a dating girl, a relationship isn't for me,
Maybe not right now, but I know what I want, I have this inexplicible desire to understand that what I do not know, take me on a date where I've never been and I'll take you treasure hunting,
Stay in with me all day, learn me something I never did before, learn me to build domino, you will have my full attention,
See we could match, might be my type, but I don't want the typicall "get coffee", I don't care about how many brothers and sisters you have, what your age is defined by number, or what kind of work you do,
I rather hear if you ever felt left out, or if you grew up in love, I rather see you smile as a child while your a grown up man, I'd rather talk about what defines you outside the hours 9-5, for that tells me a lot more, then the basic questionnaire,
So you go, on your tinderdate, and if it sucks, sure I'll call you in 5, but don't state I'm incapabele of bounding, cause I don't wanne be bound by your filter on my life"
X.
Hij had het zo mooi gevonden", zeg je,
Maar ik hoor je niet,
Luister naar het wegsterven van zijn onschuldige lach, met ieder stukje behang dat je van de muur trekt,
Scheur je nog meer van mij hart kapot,
Er was een kamertje voor hem,
Een oud bed, kilometers te groot, maar perfect voor stoeien en de kieteldood,
Ik heb ze nooit kunnen uitpakken,
De cadeautjes van Sint,
Weet niet eens waar een mens met verwerken begint,
Soms denk ik je buiten op de glijbaan te horen,
Ren ik naar hem, om een even verdwaald kind als ikzelf te vinden,
"Dat wij ons ook door deze storm zullen moeten slaan, we hebben al zo veel meegemaakt, dat we het moeten doen voor hem,"
Ik hoor alleen de storm zin uit PietPiraat,
Maar ons manneke, hoorde liever PeterPan,
Er is een kinderkamertje ingericht,
Eerst sliep jij er, streelde ik je hoofdje iedere nacht voor het slapengaan,
"Droom zacht, zonneschijn, dat je morgen weer stralend mag zijn",
Onze ritueeltjes, ik volg ze nog, iedere dag,
Hoe we samen papa uitlachte omdat hij altijd "en toen kwam er een olifant met een hele grote snuit en die blies zomaar het verhaal uit" vergat,
Je hebt post gekregen, kaarten,
Als jij groot was, wilde je krantenbezorger worden, zodat jij een fiets met riljoeneeeen stieken kon rijden, de hele dag lang, "Zet jij dan chocomelk klaar als het regent mam?" "Ik zal ook een badje voor je klaarmaken",
Tot de laatste minuut zelfs als we wakker waren droomde we,
Onze fantasiewereld zo veel kleurrijker dan de muren van het ziekenhuis,
Over je nieuwe kamertje, op vakantie gaan met een vliegtuig, hoe we je verjaardag dit jaar thuis zouden vieren,
Over met wie en waar we zouden zijn,
Zolang het maar samen was,
Nu doe ik de was alleen,
Zonder mijn tijdrovende hulp met te kleine handjes voor de manden,
Je zegt me 'we moeten vooruit,
Kijken naar wat er wel nog mooi is aan het leven,
We hebben nog altijd elkaar, we komen er wel,'
Maar ik kan de schoonheid van overleven, nu, niet meer begrijpen,
De realiteit had anders moeten zijn, het mag hem niet zijn,
U heeft één nieuwe reactie op uw advertentie,
"Kinderkamer te koop, spullen nog in verpakking, nooit gebruikt." .
X
"Als het maar ooit is, is geweest, dan is, het is, wat het is, nooit een was, zelfs als hij of zij, buiten is was, als het maar ooit is, is geweest, dan is, ik is jij, en jij is mij, wat het is, ook als ik, meer is dan jij, of is jij mij vaker is, dan was, zelfs als hij of zij, nooit hier is, is was niet, is, is in wij."
Subscribe to:
Posts (Atom)