Buchmese is geen wapenfeit als je geen fotos deelde. Begrijp dat kind, mijn kind.

"In jaren die al levens te meer geleden lijken, struikelend over de melancholie. 


Twee pakken suiker in de couveuse. Een cabine vol van cafeïne infuzen. Kokosmatten en afgeschaafde zielen. Gehucht van één straat lang en breed. 


Droomde van zachtere harten en steden waar het licht nooit uitgaat. Ben mijn leven lang al zo bang, bang in het donker geweest. 


En als in het tabernakel mijn gewaad knoopte, dan smeekte ik hem. Om bewijs van zijn bestaan. Dacht dat het onmogelijk zou zijn. De traptreden die botten braken de vergeven. 


Met plastic verpakte zoetigheid. Het hoofd op het bord gesplijt. Maar ik zweer, geen spijt. De chronologie verliest haar relevantie. 


Verachtte de verbondenheid die ik nu verwachten wil. Eenzaam maar nooit alleen. En als ik terugreis langs de boerderijen waar in het laatste decennium nog minder dan niks veranderd is. Dan mis ik. Alleen maar meer. 


De kroon die ze je geven is er een gemaakt van dolken. Roestvrij is een chemische illusie. En de designer jurken zijn bevlekt van politieke agenda's in onzichtbare inkt. 


Hoe waardevol je sceptische vriend, weet je pas. Wanneer het merendeel apploudiseert terwijl ze de flappen tappen alsof het kostenloos. 


Snel, zeg iets lelijks, kwetsend, doe beroep op. Ooit was ik een debutant, wilde iedereen mijn hand vasthouden. Dan denk ik aan Twan, die uren met zijn duim over de mijne strelen kon alsof de tijd stilstond. En dan verzucht het besef, dat jong, ooit écht. En ook zij bestond. 


De kluis bewaarde iedereens geheimen, tot nét na het spelen van pianoman. Daar zou ik eindeloos willen blijven wonen. In de herinneringen van naïef genoegen en blind optimisme. Ben ik egoïstisch omdat ik alles zou geven om terug te kunnen reizen naar kalverliefde?


Grootser is ondankbaar. Nooit zichbaar genoeg. Het alledaagse verheft tot kunst, mag meesterschap heten. Maar het prijskaartje, te duur. Je blijft stenen gooien, alsof ik van alle brokken hiervoor niet al een huis bouwde. 


Zingend over straat ongeacht hoe vals. Iedereen liet me. Het kind van de diepte werd beschermd voor de val. Dat Dylan die de ribben brak, een vergeven geest van ooit, die ik nu vier. 


Mag ik alsjeblieft naar huis?"

Comments

Popular Posts